Er zijn veel redenen om kleine dieren zoals konijnen, egels of knaagdieren met de hand groot te brengen of bij te voeren. Als de dieren bijvoorbeeld stoppen met eten, als de moeder haar jongen niet meer accepteert, als de moeder niet voldoende melk kan geven, etc.

Wanneer je dieren met de hand grootbrengt, is het echter altijd belangrijk om vooraf een expert of dierenarts te raadplegen om na te gaan of medische zorg, zoals het geven van een elektrolyten oplossing, noodzakelijk is.

Beaphar Knaagdier- & konijnenmelk is een volledige melkvervanger voor jonge (dwerg)konijnen, cavia’s, egels (> 50 gram), chinchilla’s, degoes, muizen, ratten, hamsters en gerbils. Deze melk is specifiek afgestemd op de behoeften van knagers. Waarom dit zo belangrijk is en je beter geen puppymelk of kittenmelk gebruikt lees je hier. Ook geschikt als aanvulling op moedermelk, tijdens het spenen en voor drachtige, zogende of zieke dieren. Bevat licht verteerbare en hoogwaardige eiwitten, een hoog vetgehalte en een verlaagd lactosegehalte. Knaagdier- en konijnenmelk bevat een uitgebalanceerd gehalte aan vetten en essentiële vitamines en mineralen voor de beste start in het leven.

Niet gebruiken bij egels kleiner dan 50g, tenzij voorgeschreven door een dierenarts. Raadpleeg bij het grootbrengen van moederloze dieren met een melkvervanger eerst een dierenarts om te bespreken welke medische zorg nodig is, bijvoorbeeld het geven van een elektrolytenoplossing.

Voeg de Beaphar Knaagdier- en konijnenmelk met behulp van het maatschepje toe aan water van 50-60°C en meng tot het volledig is opgelost. Laat de melk afkoelen naar handwarmte (35-38°C). Na bereiding kan de melk maximaal 24 uur in de koelkast bewaard worden. Voordat de melk gegeven wordt, verwarmen tot lichaamstemperatuur en goed schudden.

Het is helaas niet mogelijk om zeer nauwkeurige dagelijkse hoeveelheden voor deze melkvervanger te geven vanwege variaties in de diersoort, leeftijd, grootte en ras van de dieren waarvoor deze voeding geschikt is. In de tabel in de bijsluiter staan dus dagelijkse richtlijnen. Weeg en controleer de dieren regelmatig om de groei en het gewicht nauwgezet te volgen. Kijk goed hoeveel het dier kan drinken. Stop direct met voeren als er melk uit de neus komt. De maag is dan vol of de melkstroom is te snel. Het voeren en verzorgen van de jonge dieren vergt extra kennis en zorg.